Tijdens het project 'Spacemakers' in galerie Pouloeuff, waar ik samen met 4 andere kunstenaars een maand lang heb gewerkt aan nieuw werk, waren de interesses voor de muren al gauw gewekt zonder te weten wat er gemaakt werd.
Ik besloot geïnteresseerd te raken in juist de delen die niemand wilde.
Ik richtte me op de bijna onzichtbare muren en op de verschillende, vreemde hoeken in de ruimtes.
Een hoek, de hoogste en meest verre vanaf de begane grond gezien, werd mijn focus.
Deze kon je af en toe zien wanneer je de trap opliep naar de 2e verdieping en in zijn geheel wanneer je onder de trap ging staan.
Ik besloot van onder de trap op de begane grond, naar mijn hoekje op de 2e verdieping te klimmen, door het trappen gat heen.
Het werd een klim van ongeveer 6 meter hoog. De trap was zo nu en dan een klimhulp. Verder moest ik het doen met de muren en mijn eigen lichaam.
De driehoek vind ik altijd een mooie vorm. De vorm van volledigheid.